Louis (Loet) Ponjee
In de huidige woning van Theo (Pim) Wolters bevond zich in de achtiende eeuw de timmerwerkplaats van de familie Verstraelen. Dhr. Jean Ponjee, die trouwde met Johanna Arnoldina Verstraelen, zette het timmerbedrijf van de familie Verstraelen voort. In dit gezin werd Louis Ponjee geboren op 30 oktober 1898 als vijfde telg van het 12 kinderen tellende echtpaar Ponjee-Verstraelen. Dat er vroeger heel anders gewerkt moest worden dan heden ten dage wist Loet Ponjee als geen ander te vertellen. Vervoer ging nog meestal per fiets. In de beginperiode van het bedrijf werden werken aangenomen tot ver in de omtrek, zelfs tot in Reusel aan de Nederlands-Belgische grens. Op maandagmorgen werd er zeer vroeg per fiets vertrokken, om dan op zaterdag weer naar huis terug te keren naar Aijen. In dit alles is Marie, de vrouw van Loet, steeds de rechterhand geweest van haar man. Loet was zeer vakkundig in zijn timmerwerk, terwijl Marie met vaardige hand het huishouden deed.
Loet is de fiets lang trouw gebleven, maar in 1920 was Loet de eerste met een bromfiets in Bergen. Het was niet zo’n moderne bromfiets als aan de dag van vandaag, maar een fiets met achter aan de drager een hulpmotor. Daar “bromde” hij mee door Bergen en Aijen en toen hij met vriend Lei van Douveren naar het toneel in Siebengewald ging, stopte het ding en moesten ze in het onweer naar Aijen trappen. Loet Ponjee heeft zich slechts kort gewaagd aan een autorijles. Toen de muur van de werkplaats sterker bleek dan de auto werd hiermee gestopt. Met veldwachter Pietje Verdijk uit Well werden allerlei grappen en kattenkwaad uitgehaald. Toen Pietje op een avond om 23.00 het “politie-uur” kwam controleren in de herberg in Aijen, werd hem door Loet en zijn metgezellen het potlood afgenomen. Zodoende kon Pietje de proces-verbalen niet opmaken. Begrijpelijk kwamen deze verbalen toch enkele dagen later.
Tijdens de winter van 1919/1920 had Loet het schutterijgeweer (kaliber 9mm!!) in de timmerwerkplaats van zijn vader bewaard. Toen in het voorjaar van 1920 voorzitter Welbers en secretaris Ponjee met het geweer naar de bomen van het Veerhuis stapten en het lager met polver gevuld werd, ontplofte het hele zaakje. De hele loop van het geweer zat vol met spinnenwebben! Ook in de jeugdjaren van Loet en Marie was de verering tot St Joseph op de Smakt zeer groot en beide jongelui hadden elkaar op “deze markt” al eens vaker gezien en gesproken. De schutterij werd echter de directe aanleiding tot de definitieve kennismaking van het huwelijk tussen Loet en Marie. Het Aijens Gilde was op concours bij het O.L.Vrouwe Gilde in Holthees. Loet en zijn eeuwige vriend Lei van Douveren bleven hangen op dit concours met “hun Marie”. Aanvankelijk was het nog niet duidelijk wie Marie naar huis zou brengen, Loet of Lei? Maar al gauw bleek dat Loet hier het voortouw nam. Dit was medio 1924 de eerste kennismaking die leidde tot het huwelijk tussen Loet en Marie. Loet en Lei zijn ondanks dit voorval toch altijd gezworen kameraden gebleven. Lei is vrijgezel gebleven.
Op 8 juni 1924 trouwde Loet Ponjee in de St.Petruskerk te Bergen zijn Marie Zegers uit Holthees. De weg naar de kerk werd afgelegd met paard en koets van rechter buurman Piet Weijers, terwijl de linker buurman Kubbes Heyligers eveneens per koets de ouderparen naar dezelfde kerk bracht. Het huwelijk van Loet en Marie werd gezegend met 10 kinderen. 6 zoons en 4 dochters. De jongste, Vincent werd tijdens de evacuatie in Markelo (G) geboren. Evenals zijn vader verkoos Loet timmerman te worden, na leerling- en gezelloopbaan. Zo ook bij de timmermanswerkplaats van wethouder Korting in Aijen. In de loop van 1925 begon Loet aan de bouw van een woonhuis annex timmermanswerkplaats op Het Loar in Aijen. De zeer hoge waterstand van de winter van 1925/1926 was echter niet ingecalculeerd hier op 100 meter van de Maas. Om dit voor de toekomst te voorkomen werd later een stoep van 25 cm van de bijkeuken naar de woonkamer aangelegd. Op 8 juni 1926 was de woning gereed om te bewonen.
De werkplaats moest toen nog voltooid worden. Vanuit deze werkplaats is zeer veel werk verzet. Enkele zoons en een schoonzoon werkten in het ouderlijk bedrijf met nog enkele tientallen andere werknemers. Met moeite heeft Loet zijn bedrijf overgegeven aan zijn zoon Albert. Doch achteraf kon hij met groot genoegen vaststellen dat het bedrijf nog verder werd uitgebreid tot een van de grootste bouwbedrijven in de omtrek. Als oer-Aijenaar is het vanzelfsprekend dat Loet daadwerkelijke belangstelling had voor alles wat “Aijen” was. De kapel van “H.Anthonius Abt” had zo zijn grote belangstelling. Onderhoud en verbeteringen aan deze kapel was een familie-traditie. Voorheen gebeurde dit door zijn vader Jean Ponjee, daarna door Loet en vervolgens door zijn zoon Albert. Tijdens de Jaarvergadering van het Gilde op 10 januari 1951 deed Loet het voorstel om de aloude en tijdens de oorlog vervallen “Köpkesmert” in ere te herstellen. Zodoende vond 17 januari 1951 de eerste naoorlogse “Köpkesmert” plaats en sedertdien heeft het Gilde deze traditie in ere weten te houden.
Veelzijdig persoon Loet Ponjee had zijn timmermansbedrijf zeer tot bloei gebracht en uitgebreid tot een volledig aannemersbedrijf. Dit bedrijf heeft hij op 1 januari 1979 overgegeven aan zijn zoon Albert. Loet was mede-oprichter van de R.K. Midenstandsvereniging in Bergen en gedurende vele jaren bestuurslid hiervan. Verder was hij mede-oprichter van de Bond van Bouwpatroons in onze gemeente Bergen en secretaris van deze bond. Verder was Loet lid van de adviescommissie “vrijstelling militairen” en vertrouwensman in vele zaken.
Naast de Kapel hechtte Ponjee grote waarde aan een goede verstandhouding met de buurt, alsmede met de Aijense Carnaval en andere Aijense activiteiten. Doch speciale daadwerkelijke aandacht genoot het Aijens Gilde bij hem. Zijn vader Jean Ponjee was mede-heroprichter in 1902 en werd een der eerste koningen. De Gilde-activiteiten van Loet, als werkend lid van het Gilde waren talrijk. Hij schoot telkenjare mee op de Vogel voor het koningschap en nam deel aan alle Gilde-activiteiten in en buiten Aijen. Tijdens de begrafenis op 9 juni 1979, hebben het Aijense “St.Anthonius Abt/St.Agatha” gilde hun oud-secretaris en medelid naar zijn laatste rustplaats in Bergen begeleid. Hij bereikte een gezegende leeftijd van 81 jaren. Door de dood van Loet Ponjee is een persoonlijkheid uit de parochie-en Aijense gemeenschap weggevallen. Hij zal lang in de herinneringen van velen blijven.